maandag 18 maart 2013

Merci Cercle, deel I


Straks degradeert hoogstwaarschijnlijk mijn favoriete vereniging, na negen schone seizoenen in eerste klasse. Over wat dat met een van nature nostalgische blogger doet, zal de lezer pas ontdekken wanneer het zover is; je weet maar nooit met een draak als play-off III. Neen, positivisme is de nu nog boodschap. Ziehier mijn sterreneltal van negen seizoenen groen-zwart eersteklassevoetbal: een hypothetische 4-3-3 (met op het middenveld een driehoek met de punt naar voor) die niet zou misstaan in de huidige play-off I.
 
 
Doel: Bram Verbist. Omdat hij occasioneel punten pakte en tegelijkertijd betrouwbaar was, ook al beging hij af en toe een flater. Ook een beetje gebrek aan concurrentie wel. Dantschotter leek veelbelovend, Coppens ook, maar geen van beide brak door.
 
Rechtsback: Luke Jones. Meteen de grootste verrassing. Jonge door Blackburn Rovers uitgeleende Noord-Ier die een tiental matchen speelde voor Cercle. In die korte periode een sterke indruk nagelaten, niet alleen op mij, maar ook op Van Veldhoven, die hem altijd opstelde. Techniek, snelheid, enthousiasme. Gleed, eens terug bij de Rovers, af naar lagere Engelse regionen.
 
Rechterverdediger: Djordje Svetlicic. Rijzige, koele kikker met een voor een centrale verdediger uitzonderlijk gave techniek. Knalde ooit eens van 30m op de kruising. Getransfereerd naar Beerschot.

Linkerverdediger: Denis Viaene. Clubicoon. Leider. Incontournable eerst, en dan afgeserveerd.
 
Linksback: Tom van Mol. Onderschatte speler die het grootste deel van zijn carrière in Nederland doorbracht. Hield daar, in combinatie met zijn opleiding bij Anderlecht en zijn verleden als linkermiddenvelder, een aanvallende spelstijl aan over. Werd perfect vervangen door Evens.
 
Verdedigende middenvelder (rechts): Renato Neto. Complete talentrijke middenvelder, uitgeleend door Sporting. Doet een beetje denken aan Dembélé. Door Bob Peeters terecht en jammergenoeg meegepakt naar AA Gent.

Verdedigende middenvelder (links): Besnik Hasi. De beste stofzuiger, en natuurlijke leider, wat hij nu als assistent bewijst bij John Van den Brom.
 
Aanvallende middenvelder: Harald Meyssen. Zowat de architect van het behoud tijdens het eerste seizoen terug in eerste. Scoorde ooit een vrije trap vanop veertig meter (tegen Anderlecht?).
 
Rechteraanvaller: Stijn Desmet. Beste speler uit de 'eigen jeugd'. Valse trage die als geen ander tussen de linies loopt. Balvast en sluw, maar mentaal zo zwak. Glen De Boeck wist daar het best raad mee, en bewijst dat opnieuw bij Waasland-Beveren.
 
Linkeraanvaller: Oleg Iachtchouk. Meester-technicus met een onaards schot, spelinzicht en massa's ervaring. Mooi om bezig te zien, met zijn kromme benen. Net als Hasi door De Boeck meegenomen uit Anderlecht.
 
Centrumspits: Tom De Sutter. Maakte in zijn eerste seizoen, overgekomen van derdeklasser Torhout, een matige indruk maar brak aan de zijde van Desmet helemaal door. Ronde in de beker één van de mooiste en meest heroïsche counters ooit uit, met tien man tegen Club Brugge. “Propaganda voor het voetbal,” zei Joos tijdens de match, en hij had het niet over het spelniveau van Club.
 

Bank:
 Ricky Begeyn: 'Dronken' Begeyn was spectaculair in zijn eerste seizoen, maar nog slechter in zijn tweede.
Bernt Evens: Sterft liever dan een man te laten lopen, en kan voorzetten met zijn handen. Scoort makkelijk.
Frederik Boi: Schitterende voetballer, helaas slechts de helft van de tijd. Start altijd in de derby. Altijd.
Nordin Jbari: Hield met zijn doelpunten Cercle in eerste. Woelwater met een hart.
Lukas Van Eenoo: het tweede grootste jeugdtalent. Een plezier om naar te kijken, maar misschien iets te 'licht'.
Darko Pivaljevic: Kon een match beslissen. Geniale gek die niet alles uit zijn carrière heeft gehaald.


Trainer: Glen De Boeck. Moeilijkste keuze, maar heeft dit seizoen bewezen dat hij beter overweg kan met degradatievoetbal dan Bob Peeters. Beide deden Cercle swingen als, jawel, die tiet.