dinsdag 29 april 2008

Paldang Dam

"Where's the damned Dam?"

beelden van de avontuurlijke uitstap van zaterdag; heden online

HIEROOOOO

en ja...

de dam zelf, die ben ik eigenlijk vergeten te trekken.

Wat eigenlijk ronduit belachelijk is.

Maar het regende dan ook pijpenstelen.

En het geheel leverde toch een aardige catchphrase op.

Een beetje zoals "Two hundred and forty dollars worth of pudding"

Maar dan iets minder Wentworth Miller.

... Oh yeaaaaah!

maandag 28 april 2008

Nijlpaard

Gelukkige verjaardag Jantje! Dankuwel. Dat ik naar Zuid-Korea ging trekken om een van mijn vurigste wensen ooit in vervulling te zien gaan, wie had dat kunnen voorspellen... Een verjaardag die passeert in relatieve rust. Zalig. Wat staat er op het programma vandaag? Doen alsof er niets aan de hand is. Wat de titel van deze blog betreft: Ik wou eerst mijlpaal typen, maar ben dan van gedacht veranderd. Dat klinkt zo zwaarwichtig nietwaar? Mijlpaal. Brrrrr

Bedankt iedereen, ook jullie die er pas aan dachten bij het lezen van dit stuk. Ik heb zelf een kindje dood aan verjaardagen onthouden. Dit weze onscrupuleus gezegd en van harte gemeend. Voor zij die saffen opgestuurd hebben (tis van uw moeder daddet moet en): vree wijs merci, ook al ben ik zo goed als gestopt met roken. Je hebt nu eenmaal je naam veranderd in een sigarettenmerk. Draag er dan ook de gevolgen van, kleine aap.

Ik ben hier tegelijkertijd een maand. Vreemd, heel vreemd. Vooral omdat het is gelijk dat ik hier nog geen fluit heb uitgestoken (wat in meer dan ene betekenis ook wel waar is, nvdr). Dat grote gat in mijn agenda, eens serieus weggaan, daar wordt dit weekend cement in gestort: World DJ festival. Wel net ontdenkt dat Adam F de zondagnacht om kwart na vier speelt. En ik natuurlijk moet werken de maandag. Bummer... Behoudens nachtelijk stuntwerk een beker die ik aan me laat voorbijgaan. Wat voor mensen uit mijn donkere entourage klinkt als 'moedig en een medaille waardig; voor zelfopoffering'. (De andere bekers drink ik op.)

Lanterfanten. Dat wil ik doen vandaag. Na mijn eerste lesuur straks, de eerste les met een nieuwe klas, vijf volwassen vrouwen. Wandelen door Deokso, mogelijks een door god vergeten voorstadje van Seoul waar ik nog elf keer 30 dagen ga verblijven. Bekeken worden. Kijken. Misschien noedels eten met inktvis.

***

Dit was ik. Ik ben zesentwintig jaar. Maar eigenlijk tien jaar jonger, met een hoofd in de wolken en somtijds tussen de deur. Ik ga eeuwig leven en zesendertig worden. En onderweg veel kindjes maken. Of toch tenminste doen alsof. Om de goden te foppen die al lang gezegd hebben, "dat Jantje ginder, 't wordt tijd dat we hem bij ons roepen voor hij nog meer brokken maakt." En de duistere godheid die het voorzegt, wijst een lege plek aan op de wereldkaart; zijn geschaakte gemalin roept verschrikt uit "maar schatje, hij is verdwenen!"

donderdag 24 april 2008

Soms

Soms komt een mens van die dingen tegen die hij of zij met de rest van de wereld wil delen. En soms gebeurt dat op de afvalberg van het internet. Vandaar dat ik met graagte de lezers van deze blog, waarvan ik hoop dat het ergens allemaal een beetje fans zijn van The Beatles, dit Youtubefilmpje aanbied.

zotte koreanen

Ik heb het vlaggen


Ik weet niet wat u ervan vindt, beste lezer, maar ik vind de zuidkoreaanse vlag een van de schoonste ter wereld. Die bol in het midden met rood en blauw, warm en koud, tegen de helderste der achtergonden en dan die vier symbolen er rond waarvan ik vroeger niet eens had gemerkt dat ze verschillend waren...

Ja. Eigenlijk kan je wel stellen dat ik verkocht ben. Verkocht aan de vlag van Zuid-Korea. In deze blog ga ik dan ook mijn eigen drapeau verraden. Ziedaar. Want ik mag dan een redelijk overtuigde patriot zijn met een gezonde dosis vaderlandsliefde, en trots; die vlag van ons is toch maar een stomme vod. Drie restlapjes aan elk gezet. Overschot van den duits dan nog. En die Vlaamse leeuw, ja dat is wel een mooi vaandel, maar die van buitenkantrechts hebben er al zodanig veel mee staan zwaaien dat een linkse intellectueel er hooguit eens naar lacht op wielerhoogdagen. Steekt em volledig in je nollegat denk je dan. Ik toch. En Leif Hoste verzekerst ook. En die van Deerlijk denken, wat kan ons het allemaal schelen, onze Stijn heeft gewonnen, en die van Balen zijn 't al lang gewend.

Maar goed, de vlag van Zuid-Korea dus. Het was liefde op het eerste gezicht. Of toch bijna. Niet zo het eerste gezicht van 'ik zit toevallig in dezelfde les maar we kennen elkaar niet maar omdat je er nogal opvallend uitzit herken ik je wel achteraf'. Maar dat eerste gezicht van 'kom naast me op cafee zitten en we babbelen'. Kleine nuances, grote woorden, middelmatige ventjes, want dat ben ik hier, de middelmaat - even tussen haken. Misschien noemt men dat fenomeen in het vervolg beter liefde vanaf de eerste ontmoeting, om netelige misverstanden te vermijden. En daarover zegt de verder wijze Engelsman: "It is a predicament for love."

Coup de foudre bij regenslag heeft altijd iets onweerstaanbaars. Alsof het vuurtje ontsteekt ondanks het gieten, en de omgeving, bijvoorbeeld zonnig strand, geen duw bergop tegen de kont betekent, maar eerder een doorslippend achterwiel. En het goot. dat deed het trouwens elke keer ik naar de Koreaanse ambassade liep, de vijf minuutjes van het station Boisfort/Bosvoorde (ooit in het nieuws als slechtst onderhouden nmbs station) tot ginder. En daar hing ze dan aan de vlaggestok. Taegukki. Vlag van Korea. Druipend. Van de regen. (Ik had ze dervoor wel al gezien jaja. Tijdens teevee uitzendingen van wereldkampioenschappen voetbal en zo. Maar niet meer dan dat.)

En toen dacht ik, ginder in Brussel, dat daar wordt mijn vlag voor een jaar. En je lacht daarmee op zo'n momenten, want ergens bereid je vooral het afspringen van de plannen voor, hoe vreemd dat mag klinken. Je bent bezig dingen te regelen en te dromen over verre landen met prachtige vlaggen, maar eigenlijk is het in je hoofd alleen van 'wat ga ik in godsnaam beginnen als het niet doorgaat'. Het is een wankel evenwicht. Uiteindelijk schuilt in alles symboliek.

Want die vlag, dat is natuurlijk Oosterse filosofie. Daarmee stampt een auteur geen verse deuren in. Yin en Yang. Dat gedoe. En die vier tekens zijn de universele elementen: hemel, aarde, water en vuur. De achtergrond is wit omdat Koreanen graag witte kleren dragen. Volgens de officiele versie. Persoonlijk heb ik daar nog niet veel van gemerkt.

Maar dat filosofisch gewauwel van harmonie en zo is niets voor mij. Ik ben een simpele jongen uit poldergrond gestoken. Assymetrisch. Ik spreek vanuit de onderbuik. Ik vind dat een schone vlag. Ik ga er eens mee zwaaien ooit. En roepen: "Leve Zuid-Korea!" Tijdens een voetbalmatch misschien. Met een sjaal van cercle brugge aan.

dinsdag 22 april 2008

Betrapt

Betrapt: Wentworth Miller also known ass Michael Scofield uit Prison Break, bij het doen van een Bill-Murray-in-Lost-in-Translationtje.

French coffee my bottom.

En het nog uitleggen in bijhorend filmpje ook.

En kheb gehoord dat ie homo is.

En dus graag lullen afzuigt.

Sorry meisjes.


http://www.youtube.com/watch?v=obvSbNhm_Cs&feature=related

zondag 20 april 2008

Seoul Kaliber

Het was voor de eerste keer echt warm deze derde week in Zuid-Korea; niet dat het uw nederige dienaar al te veel werd, hoho. Hij kan wel wat hebben. Geen diepgaande zuchten dus. Daarvoor rees het kwik nog onvoldoende. Daarvoor blies de zon niet hard genoeg.
Ik douche elke dag waardoor mijn vel binst de dag naar zwarte Tahiti ruikt. Voor de rest is bijna alles anders. En stilletjes aan verwondert het me niet meer. Dat is nieuw.

Goed. 't Belangrijkste eerst. Gelukkige verjaardag kleine blonde zus. Je krijgt drie totten vanaf deze openbare blog, dan kan iedereen het zien. Als dat niet iets is om rooie kaken van te krijgen.

Ik ben dit weekend voor de vijfde en zesde keer naar Seoul geweest (denk ik). Er lopen naar het schijnt veel Japanners. Er lopen ook veel Koreanen, dat weet ik omdat er simpelweg enorm veel volk rondloopt. Voor mij is het ene pot spleetoog. Vergeef me deze rascisitsche oplawaai. Als er negenennegentig keer een gele(n) tegen je aanloopt zonder ene keer sorry, dan word je een tikkeltje prikkelbaarder. Aan tafel, niet veel later, is het ze trouwens allemaal vergeven, omdat het miljaardedju allemaal zo lekker is.

Zaterdag een gsm gekregen. Ze geven dat hier gratis weg bij een abonnement. Ik heb een telefoon 'van de zaak'. Fancy ding wi. Als je nummers intoets komen die door een minivliegtuigjen op je scherm getekend. Met rookpluim. Zo gelijk de tricolore op quatorze juillet. Wat mijn wandering mind doet afdwalen naar de chinees die voor een spreekbeurt een interview kwam afnemen terwijl ik gemarineerd rund zat te eten. Sierlijk met Koreaanse stokjes, voor die het zich afvraagt, of Jantje al met de stokjes werken kan. Ja dus, mevrouw.

"Who's you favourite soccer player?"
"Zidane."
"Why is he your favourite player?"
"He made football look like art."

en dan ging ik beginnen over hoe de bal aan Zizou's voet kon kleven op een manier die we nooit meer terug gaan zien in het internationale voetbal, en over de dubbele header in 1998, de meest onwaarschijnlijke manier waarop het Algerijns kind van allah zijn adoptieland verloste van een torenhoog complex, en over de volley tegen Leverkusen, of zelfs over de unieke manier waarop hij zweette als een rund waardoor het was alsof er aan het topje van zijn neus een kraantje open stond, maar het mocht niet zijn:

"How much would you pay for a shirt or other merchandize of your favourite player?"

En ik dacht, vuile rotchinezen, blijf met jullie pekkels van mijn sport. En had ik maar basketbal geantwoord op de vraag "What's your favourite sport?" Of krachtbal. Of misschien met 9 mm geweren schieten naar bordkartonnen versies van Chinese vragenlijstopstellers.

Maar kom, 't is goed. Al dat geweld dat is niets voor mij. Ik moest nog iets opbiechten, trouwens. Aja. Ik heb een flater begaan. Gaan kijken naar een film met 'Three Kingdoms' in de titel. Chinees gesproken. Met Koreaanse ondertitels. Eerlijk gezegd wat oogsnoepjes verwacht zoals in Crouching Tiger en consoorten maar dat was er dik tegen. Dramatiek gelijk een pot siroop my god. En de gevechtjes waren alleen maar cool omdat ze steevast werden beslecht met van die stokken met een mes aan, gelijk van Seung Mina in Soul Calibur. (Ze noemen het een guandaokwandao of kuantao, kwestie van ik heb iets bijgeleerd.)




Maar na n halfuur wordt dat ook saai en verlang je naar lange sabels.

En venten met baarden is toch iets anders dan schaar geklede jongedames.

Vooral High Kick wordt een slag minder interessant.







http://www.youtube.com/watch?v=d3Z-uEIKRUk&feature=related

maandag 14 april 2008

Nieuw!

Nieuw!

http://www.flickr.com/photos/korejantje

Een paar foto's

Meer

Hier ben ik weer, met meer vertelling over verwondering, levensbeschouwing, fotookes enzovoorts. Het goeie weer lijkt zich vandaag vast te klauwen in het landschap, en nu het nog dragelijk is kan ik dat enkel met veel plezier en een brede glimlach aanschouwen. Het vervult me met veel vreugd; doch nog bredere glimlachen waren mijn deel deze voorbije dagen. En wel om verscheidene redenen. Lees vooral verder. Bovendien heb ik gemerkt dat mijn vorige toevoegingen nogal dikwijls over pis en kak gingen, en voor ik de titel van deze blog noodgedwongen kan veranderen in 'Scatologie in Korea' volgende belofte: 't Zal een keer niet over uitwerpsel gaan. Bovendien moet alles wat eruit komt er eerst van al in.

De eerste glimlach. Er wordt gedacht aan de toekomst, en daar ben ik blij om. Proficiat Stefanie en Bart met de kleine Senne Bwoan. Als hij genoemd werd naar een Braziliaanse halfgod zeg ik het kersvers kind: moge uw wegen altijd recht lopen (en vermijd bovenal tamburello, als het even kan).

Ten tweede. Die andere Boonen. Net op tijd terug uit Seoul om de Belgische halfgod de vloer zien aan te vegen met een dikke Zwitser en een magere Italiaan. Mooi gedaan. Mijn mond mocht dan nog quasi in derdegraadsfik staan van de rice cake met pikante saus, ik kon me ergens inbeelden hoe het zou zijn geweest met een Orval rechts en een Bastos links en rondomrond andere wielerfreaks. Maar kom, zand erover.

Ten derde. Seoul op zaterdag. Cherry blossom hunt in Childeren's Grand Park (http://english.seoul.go.kr/today/about/about_02top_4701.htm) en er waren veel kinderen, surprise!, wat mijn kleine gids deed grommen. Ze kunnen hier grommen met al de medeklinkers van het alfabet jong. Seung In persoonlijk verkiest de 'K'. Een verrijking voor een repertoire. Na de wandeling teruggetrokken voor wat les Koreaans. En voor koffie eerst, erna voor dinner. Hete stoofpot met enorme stukken rund in, maar dan echt vlees van 't been ee gasten. Ik, Jantje, met chopsticks schellen rund van brokken bot aan 't trekken in kleermakerszit. Bij een glas water. Hadden er bookies bestaan twee maanden voor mijn vertek... En dan als je begint te eten, dan moet je beginnen drinken ook: Soju on the side (nog steeds the cheapest way to get drunk jessir) en dan erna dongdongju; ofte rijstwijn:

Dit is geen melk. Dit is dongdongju. En staat bekent om haar uitzonderlijke capaciteit om katers op te wekken. Dong. Dong. Dju. Eerlijk is echter wel eerlijk. Ik ben een Belg. Ik heb er de zondag niets van gevoeld. We hebben nochtans met zijn tweetjes twee van die kommen gekelderd. En in Korea doen ze dat dan als volgt: Ik schenk uit voor jou. Jij schenkt uit voor mij. Lief hee? Het gevolg laat zich raden. Er wordt wel eens een vriend, en vooral - zo had ik op de terugweg in het metrostel met alweer een slappe lach alras in de mot - vriendin ladderzat gevoerd. Om tien uur kan je de bezemwagen er trouwens al op uit sturen in de uitgaansbuurtjes van Seoul. Dan ligt hier en daar al een tiener zijn soju uit te spuugen tegen een verlaten muur. Eten om zes uur doe je niet zonder alcohol, en ik zweer het, das niet een keer wat pils bij je frietjes. En een zak friet als fond, dat kun je toch nog altijd niet vergelijken met rijst of noedels hoor. Ik zou het ze kunnen vertellen, de zatste en zotste Koreanen... Maar het is die mensen hun traditie. Daar kom je niet aan.

Wat nog? Oh ja, niet alles was de afgelopen week jolijt en trompetgeschal. Zo ben ik op mdeisch onderzoek gemoeten. Ze hebben hier machines waar je een arm insteekt zodat er volautomatisch een briefje uitkomt waar je bloeddruk opstaat en je hartritme. Een weegschaal is een weegschaal, maar dan wel met een kleuren/touchscherm. En ja, ik ben twee kilo verdikt. Mensen die zegden, je krijgt een buikje van het bier bij deze lik op stuk gegeven. Want ik drink hier geen bier hah. En bloed trekken doet hier geen zeer, al kan ik me niet herinneren wanneer ze thuis nog bloed van me namen.

Wel gelachen bij de verplichte plas (ok, ik herinner me de pis en kakbelofte wel, maar hier kan ik echt niets aan doen, dit moet erin).
Nurse: Pee in the cup please.
Patient: Yes dear nurse.
Nurse: Begin pee no good.
Patient: Ok nurse.
Nurse: Middle pee ok. End pee no good.
Patient: Ok nurse.

Och kom. Gelijk dat zoiets een verschil maakt. Een paar keer op en neer gesprongen, geschud met de zak en dan klets derin tot het potteke vol was wi. Ik ga daar niet staan manoevreren om mijn middle pee in een bekertje te mikken en al de rest er naast. En op mijn vingers urineren zeker...

Goed. Op deze plezante noot ga ik afsluiten. Waarde vrienden, het was me alweer een waar genoegen deze tijd met u door te brengen. Tot later. En vergeet vooral je handen niet te wassen bij het buitengaan.

maandag 7 april 2008

Seoul impressie 1 & 2

Oh ja, ik leef nog. Zozeer de krekel vasthangt aan de mier, zo blijft onkruid voor eeuwig gelinkt aan vergaan, en de afwezigheid ervan. Onverantwoord ingewikkeld zegt u? Ik kom net terug uit Seoul, en dat is een stad met 25 miljoen inwoners. Tientallen wijken. Minstens evenveel metrolijnen met honderden stations. En dat allemaal langs een enkele rivier.

Deel 1 in het hoofdstuk 'De ontdekking van Seoul' is vrij belachelijk. Maar aangezien ik niet vies ben van een potje zelfspot wil ik u dit niet onthouden, lezer: tijdens mijn eerste avond in Seoul heb ik een Belgisch restaurant bezocht. En mossels gegeten. Je kent me. Nergens te vreemde lande een mossel of ik wil ze geproefd hebben. Tegenvaller vaneigens. Het was kleine Aron zijn derde verjaardag, en blijkbaar is dat belgisch gedoe dan traditie. Welja, daar was belangrijk volk. De grote baas van ING in Korea, en blijkaar de belangrijkste Belg hier. Dixit Jurgen. Voorlopig dan toch nog, knipoog. Ik ga schrijven voor zijn nieuwsbrief; naar 't schijnt is dat mijn gratis ticket voor decadente dineetjes. Ze noemen dat 'schrijven om den brode', en het is het beste beroep ter wereld.

Interessanter is het tweede deel. Zoals aangekondigd op mijn eentje de metro op, naar de plaats van afspraak. Jongak. Doel: Seung in ontmoeten. Vlekkeloos verlopen reistraject. Toegegeven, metro's zijn eigenljik gewoon kinderspel. poepsimpel zonder sjans. Een kleine twaalf uur later zit ik terug op de metro in de andere richting met een slappe lach die heel de terugreis aanhoudt (een slordige drie kwartier). Volgens mensen die het kunnen weten een niet geheel vreemd gevoel voor ballingen die plots ontwaken met het besef van een radicale beslissing en tegelijkertijd in een twintigtal stel spleetogen staren. En als een van de kerels rechtstaat en kleiner blijkt dan ik wordt het helemaal te dol en pis ik bijna in mijn broek. Maar dat kwam ook wel n beetje door de soju, the cheapest way to get drunk.

Niet dat ik dronken was, verre van, maar eigenlijk hebben we toch niet veel anders gedaan dan drinken (niet altijd booze, ook koffie en water bijvoorbeeld) en eten; niet abnormaal voor een zondag. En ik heb iets bezocht jawel. Dit namelijk:

Postkaartgedoe jawel. Gyeongbokgung Palace. Wie denkt dat ik dat heb onthouden is onnozel. Ik heb het toegangsticket nog op zak.Vandaar. En ja, ook ik heb me laten verleiden tot het schieten van meerdere kiekjes van dit wonder der Aziatische bouwkunst, maar in godsnaam, als je er meer van wil zien: Google. Afbeeldingen. Alstublieft.

However, wat een zoekrobot u hoogstwaarschijnlijk niet zal onthullen is het volgende, goed weggestoken in een van de afgelegen toegangspoorten van het domein, plafondjuweel. Zie je die ogen? Zelden iets gezien dat romantisch en agressief is tegelijkertijd. Luguber en romantisch ja, dat wel... Eerlijk gezegd hebben we dit ook maar ontdekt omdat ik in een plezante bui perse een poort wou aanraken. Soms ben ik tien jaar oud jawel. En Koreanen halen dat precies in mij naar boven. Zeg nu zelf, dat belooft nietwaar? Oh ja, en dat bolleke met die drie kleuren dat is de pastelversie van een symbool van Korea. Zei mijn kleine gids.














En dan ga je na een lange dag met veel wandelen ergens gaan zitten om (zie boven) de pijn wat te verzachten met kortendrank van 't land en dan krijg je veel meer dan waar je eigenlijk voor gekomen bent. Een kruising tussen Fruit Loops en Honey Pops.














En als je wil gaan pissen dan heeft er iemand een emmer ijs uitgegoten in de piscine. En je denkt eerst, dan pissen de venten niet op de vloer want kom jongens, ooit al eens over een paar kilootjes ijsblok gezeikt? Zeg niet dat je een druppel urine wil verkwisten op de grond. Alles moet je op dat bevroren water wateren. Of niet soms? En als er niemand anders op de plee zit roepen van melt motherfucker, melt. Daar eet ik een juten zak van die roze ballekes voor op. Toch zeker voor die ene keer. Achteraf wel te weten gekomen, en deze uitleg is veel plausibeler dan mijn scherpschutterstheorie, dat het ijs daar ligt voor de geur. Als dat waar is mogen ze voor mijn part die stinkgoot beneden in den bal populaire elk weekend volkappen met ijsblokskens. Vanaf volgend jaar ofzo.

woensdag 2 april 2008

Kleine dingen die anders zijn

De zon schijnt ongestoord aan een diepblauwe hemel en ik kijk naar een plakbandhouder en denk miljaarde, eigenlijk hebben die koreanen alles toch wel heel goed voor elkaar. Kleine ongemakjes waar een lazy je m'en fous europeaan hoogstens eens van blaast, pfffffff, roepen bij de gemiddelde koreaan duidelijk genoeg ergernis op om met een groep ingenieurs rond een tafel te gaan zitten en met stift op een magneetbord te schrijven 'Hoe lossen we dit probleem elegant op?' Waarna de chaotische brainstorm begint.

Neem nu plakband. Eerst was er niets dan plak. Toen mensen over heel de wereld moe werden van telkens het begin van de rol af te scharten, kwam iemand op het idee om de ons allen bekende plakbandhouder te produceren. Met van die ribbels om gemakkelijker een stukje af te scheuren! (Even eerlijk nu; wie gebruikt die dingen echt? Ik niet. ik plooi mijn tuutje plakband om voor de volgende keer en zet mijn tanden erin om af te scheuren)
Dit kleinood verschaft de Koreaan echter nog steeds niet het gewenste plakbandgenot. Neen. Volautomatisch, zo willen we het, roepen ze in koor. Geen plakband op ongewenste plaatsen! Nooit meer plakband die toeklapt (het ergste!)
Ziehier dan the Full Options Automatic Sticky Tape Dispenser:

Gebruiksvriendelijk en een lust voor het oog. Zie je het hendeltje links onderaan? als je daaraan trekt komt zo'n twee centimeter plakband uit het plastieken mondje tevoorschijn. Je kan het dan bevestigen aan het vast te plakken object. Naargelang de afmetingen nodig kan je meerdere keren aan het hendeltje hangen, tot de gewenste lengte wordt bekomen.
Met de grijze schuifknop bovenaan activeer je twee breekmesjes die op zijn 1789's hun werk doen. Tjak. En Hupsakee. U heeft perfect geplakt.

Wie krijgt het na een zware drinkavond danig op zijn heupen van met zijn sleutelbos te wriemelen tot hij puur toevallig eindelijk het sleutelgat vindt? Kom naar Korea! Om een slot te openen volstaat het hier om met een kaart langs een sensor te zwaaien en de deur gaat, als vaneigens, volledig automatisch open.
Gedaan met pissen? Juist ja. (Fantaseer er gerust op los jongens!) En als je de deur sluit, dan zegt de deur iets. Ik weet wel nog niet wat. Iets Koreaans. Ik vermoed iets als 'kijk of je broek wel dicht is'.

Automatic for the people? Hmmm. De ironiserende toon deed wellicht een onderliggende en milde vorm van spot vermoeden. Dan is het volgende klein verschil iets wat me dagelijks wel genot verschaft. Ze hebben hier zachte wc-brillen. Jawel. Brillen waar je je derriere op neervlijt en die de vorm van het opgespannen lichaam aannemen. Plastiek gevuld met de mousse van moussen ballen. Bijgevolg zijn ze ook altijd dat tikkeltje warmer als die van ons. En het beste van al is: Ik heb hier mijn bloedeigen pot. Mijn eigenste strontkabinet met zachtaardige neerplofbril. En niemand anders komt erop.
Plezier dat ik daar al van gehad heb. Want al die rijst komt er in stevige hompen uit.

***

Even serieus nu. Straks komen Elina en Erika weer op bezoek voor hun Engels giecheluurtje, en vanavond heb ik drie volwassenen. Lesgeven in deze sfeer is echt plezant; je krijgt constant een gevoel van respect, zelfs ontzag (wij kunnen als Belg namelijk vier talen verstaan, dat is hier een ongelooflijke intellectuele tour de force) en dat is wel aangenaam. Egostrelerij enzo. Geen hoofdzonde is me vreemd...

Er komen foto's, dat is een belofte. en niet van plakband of piscines. Dit weekend heb ik mijn eerste date trouwens, en ontmoet ik Seung in (vriendin van mevrouw Walravens) aan het metrostation 'jongon3ga'. Als alles meezit tenminste. En dat dappere meisje gaat mij Koreaans leren. En ik haar Engels.

De volgende dagen

Wat er de eerste avond in Korea gebeurde is ondertussen gemeengoed geworden; ik dacht zo, nu schellebellen Erika en Elina mijn lokaaltje hebben verlaten, misschien zou het geen slecht idee zijn om verder te vertellen. En kijk, de hemel klaarde eensklaps even op, en liet haar zon neder.

Doorheen een netwerk van fiber optics en dergelijke zie ik het gefrons al voor me. Zat Jantje niet in Korea? Erika en Elina? Wolken? What the Fuck! Welnu, ten eerste: ze kiezen hier allemaal een westerse naam uit. Omgekeerd ook hoor, maar aangezien mijn ouders me bedacht hebben met de meest universeel klinkende naam 'Jan' zal ik me nooit of te nimmer moeten bezondigen aan het verloochenen van afkomst. Waarvoor dank. In Hangul (Koreaans alfabet) wordt dat dan: 1. bolleke 2. verticaal streepke met twee korte horizontaal en boven elkaar er rechts aan en dan 3. de linkse helft van de onderkant van een vierkant onder 1. en 2. Iemand als frederiek, sebastiaan of michael pakt beter gewoon iets heel nieuws. Wat ook plezant kan zijn natuurlijk.

En ja, ten tweede, wolken. Die grijze smurrie die in Belgie al mijn laatste weken opfleurde is blijkbaar aan de schoenzool blijven plakken. Dan nog liever stinkkak. Aan schoenen met diepe groeven. Zo van die bottines... Naar 't schijnt zitten de Koreanen er een beetje mee in dat het door de global warming komt dat het weer anders is als normaal. Hence global warming denk je dan.

Maar goed, ik ging een verhaaltje vertellen van een gastgezin. Voorlopige verblijfplaats is dus het Hyundai Hometown Appartment block, verdieping twaalf. Jurgen heeft daar met zijn vrouw Helena en zoontje Aron een mooi ruim appartement met enkele kamers vrij, waarvan ik nu met veel plezier de grootste bevuil. Die kleine is een jaar of drie vier en heeft zich al ongelooflijk aan me gehecht: hij wil in mijn bed slapen, niet naar school maar spelen met Jan, etc. Ik moet wel gaan oppassen, want van tijd tot tijd pist ie in zijn broek, en dan wil ik hem niet op schoot hebben.
Arons ouders zijn culturele mensen, in tegenstelling tot wat hun opleiding tot economen doet vermoeden. (no offence.) We babbelen over literatuur, film en kunst (nul boeken ga ik hier moeten kopen, nul!; leve de boekenkast!) en dat is meegenomen, want het hoeft niet altijd work related te zijn.

bijgedachte: Ik spreek hier enkel Engels, dus dat zal zich manifesteren in mijn taalgebruik op dezen blog. Langs de ene kant in de invasie van leen- en bastaardwoorden, en zelfs complete Engelse uitdrukkingen en langs de andere kant in het soms gratuite gebruik van vuile Vlaamse woordjes als foef en nollegat. kontekraafs. wost. truttemie. (Zet die maar eens in een enkele zin. Juist ja. kieszak.)

Het eten. Mensen toch. Medelijden dat ik heb met worst en appelmoes. Ooooh. De visjes. De schelpjes (mmmm Miss W. MMMMM!). En de truttemie die me heeft vlees doen eten in Belgie 'omdat het in Korea toch ver al vlees is' verdient een klets op haar voluptueuze billen. Immers, nog geen vlees van dichtbij gezien. Octopus ja. In aquariums langs 't straat. En ik drink water ook.

En al dat lekkers eet je met... chopsticks. Voor al wie 'phuh wat is daar nu aan' denkt te mogen zeggen omdat ze op restaurant wel eens met dikke ronde Chinese stokjes eten, en ermee uit de voeten kunnen, deze opgestoken middelvinger: Koreaanse stokjes zijn de moelijkste ter wereld. Ze zijn niet rond maar rechthoekig en niet dik maar dun. Wat erop neerkomt dat er geen marge op zit. Je hebt ze tegoei vast of het gaat niet. En bij mij begint het te gaan. Uit koppigheid deels, dat wel. Toegegeven.

Kortom: ik ben gezond. Eat that Dr. Oetker! Eat that Julien! Drink that The Coca Cola Company!
and guess what. Ik moet, sinds mijn vertrek vanuit Brussel-Zuid vorige week, nog altijd mijn vijfde sigaret roken.

dinsdag 1 april 2008

De eerste dagen

Aha!

Hier ben ik, Korejantje, eindelijk, met de eerste verhalen van een reeks die zal duren, zo god het wil, tot ergens volgend jaar. Waarover deze blog zal gaan? Ongecensureerde avonturen van een dappere westerling in de vreemde wereld van een oosters volk. Maar wie loopt vooraleer hij of zij kan stappen gaat feilloos op de bek, dus laat ons beginnen bij het begin. Laat ons horen het verhaal van een vertrek en een landing. Van eerste indrukken en ontmoetingen.

Slapen op een vliegtuig zal nooit mijn ding worden. Altijd een langdurig en ongemakkelijk schuifelen over zetelstof, jaloerse blikken naar de slapende buurman, boos gefrons naar de snurker schuin achter me, aan de andere kant van het gangpad. Filmpjes kijken blijft de enige optie. Met ogen door bloed doorlopen. De oogst: Juno, The Assassination of Jesse James by the Coward wiens naam me ontglipt en Lars and the Real Girlfriend. Op het hoofdpersonage uit de eerste film werd ik een beetje verliefd, het laatste halfuur van de tweede heb ik eerlijkheidshalve gezegd een beetje doorgespoeld en de derde was amusant zonder meer. Soit, de landing was een opluchting. Oh ja, eerste kennismaking met koreaans voedsel, maar dan in vliegtuigvorm viel mee behalve 's ochtends: een soort rijstporridge waar je groene thee over strooit. Niet echt my cup of. maar verveling doet een mens vreemde dingen doen. En eten. For that matter.

Geland in Incheon, Seoul, onder een Belgische hemel. Miezer in de file. Ik kon me niet meer thuis gevoeld hebben. Bijkomend: een op til staand feestje, kwestie van voor de leeuwen gegooid te worden; goed gedacht van Jurgen, mijn op gelijke hoogte staande baas (figuurlijk in de professionele betekenis). Sangria en Belgisch bier. Nog net de tijd gekregen voor een douche, onvoorzien, want wie had gedacht dat we meer dan twee uur in de file zouden staan? Hij niet, en ik kon het niet weten, als westerling. Je mag hier trouwens langs alle kanten inhalen op de openbare weg. Zo heeft rondrijden hier iets weg van boxottoos, maar dan net niet.

Flash forward naar het feestje: iedereen probeert met je te praten, maar slechts enkelen kunnen het. De buurman bijvoorbeeld, een gepensioneerde ingenieur die nog voor het Amerikaanse leger werkte en plots zei, tot mijn verbazing 'ik zou heel graag verder babbelen, maar misschien zou je beter met iemand anders gaan praten.' Verstandig sociaal gedrag bestaat hier immers uit hoofdzaak uit zo weinig mogelijk mensen irriteren. Vertelde Jurgen later. Te lang met een bepaald persoon converseren kan andere ergeren, minderwaardig doen voelen, en dat doe je beter niet. Praat ook nooit tegen een meisje als haar vriend erbij staat. Genoteerd. vandaar dat maar weinig vrouwen hun man mee brachten naar het feestje. Moet ik erbij zeggen dat me dat wel plezierde?

De vrouwen. Het laatste anderhalf uur met de volwassen vrouwelijke studenten (stuk voor stuk getrouwd) in een kring gezeten. Ze dronken eerst sangria, lieten het fruit liggen op de bodem van hun bekertje en goten er dan drie soorten bier bovenop (Leffe, Stella, Beck's), niet zelden door elkaar. Nippen van een drankje kennen ze hier niet trouwens. Als ik met iemand een flesje deelde was de bodem van hun bekertje steevast droog tegen dat ik voor mezelf had ingeschonken. Waarna ik natuurlijk de rest van het flesje er bij hen bij goot. Vaneigens. Misschien ware het andersom geweest zonder die helse jetlag en het ferm tekort aan slaap. Maar eigenlijk denk ik van niet. Ze zijn zo enthousiast meneer.

Even een bedenking voor ik hier afsluit. De kans dat ik hier ga aarden wordt 's nachts rond dat onchristelijke uur waarop ik om jetlagredenen al elke nacht wakker werd, redelijk hoog ingeschat. Met andere woorden: ik denk dat ik hier nog een tijdje blijf.

Morgen meer. Of overmorgen. Over kleine Koreaanse meisjes die aan hun zes jaar al ongelooflijk goed Engels kunnen, en giechelen. En over het eten, dat pikant is maar dan ook net weer niet. En over de goochelkunst 'eten met chopsticks'. En over mijn schitterend gastgezin.
U hoort het, lieve lezer. Ik heb nog enorm veel te vertellen. Maar binnen tien minuutjes staat Jurgen hier. We gaan gegrillde visjes eten.