dinsdag 8 november 2011

Is dat een hert?

Utrechtse Heuvelrug, vrijdag 4 november.


Ze hadden al een eerste aperitief gin tonic binnen, onder een boom waar een tafel stond naast een kapotte stoel die enkel nog als opstap naar de laagste takken diende, dik genoeg om te beklimmen. En een tweede, in de kleine plastieken bekertjes voor het tandenpoetsen op de kamer. De lege blikjes dienden als asbakken want peuken achterlaten in authentiek Nederlands natuurgebied, dat doe je niet.

(Wat me deed denken aan die keer dat ik in een Australisch bos ooit een terechte reprimande kreeg van grote zus omdat ik een bananenschil achteloos tussen de bush had gegooid.)

Tot plots in de verte op het pad een bruin beest kwam zitten.

Is dat een hert?, vroeg zij.
Ik denk eerder een haas, antwoordde hij.
Das veel te groot voor een haas, zei zij.
Das veel te laag voor een hert, zei hij.
... is het misschien... een kangoeroe?, twijfelde ze op halve toon.

Hij keek haar aan met opgetrokken wenkbrauwen en schoot in de lach, denkend aan de honderd redenen waarom er weinig kans bestaat: een kangoeroe spotten in Nederland. Het dier schrok met gespitste oren van dat gebulder, stak het achterste in de lucht, de lange sterk ontwikkelde achterpoten onthullend, en sprong geoefend het struikgewas in. Het ritmisch kraken van takken en ritselen van bladeren overheerste.

Twee hoofden draaiden.
Ongeloof in beider ogen, en kreten ervan.
Gehuppel.

Dat was godverdomme een wallabie, riep hij.

Even verder bleef het dier zitten en zijn ze er nog in geslaagd om tot een meter of tien te naderen alvorens het opnieuw het hazenpad koos.

Later dat weekend veranderde het dier van naam soms in 'Walibi' (vooral zij) en 'Wallaroo' (vooral hij; soms in combinatie met de frase 'Mike Hubert op e Wallaroo') maar uiteindelijk bleef het jandorie toch altijd eerst en vooral wat het was: een redelijk verdwaald dier.

En toen ze de zondagochtend aan de receptie bij het uitchecken wilden vragen waar die kangoeroe in godsnaam vandaan komt, lag de deur op slot.

Ze hebben dan maar de sleutel in de brievenbus gedropt.

Geen opmerkingen: